Op deze leeftijd kun je het beste beginnen met zindelijkheidstraining

Het blijft een mooie mijlpaal: de zindelijkheid van je kind. Maar het kan een tijd duren voordat het gebeurt. Wanneer is het beste moment om te beginnen met zindelijkheidstraining?

Kinderen onder de één jaar zijn nog niet in staat om zindelijk te worden. Dat komt omdat ze nog geen controle hebben over hun blaas en de spieren daaromheen. De meeste kinderen worden zindelijk als ze tussen de drie en vier jaar oud zijn. Als ze vijf jaar zijn, slapen de meesten kindjes zonder ongelukjes door.

De tijd

Maar wanneer begin je met zindelijkheidstraining? De meeste ouders beginnen daarmee als hun kind tussen de twee en drie jaar is. Maar dit geldt zeker niet voor alle ouders, dus begin er vooral mee wanneer jij het tijd vindt. Er is namelijk geen goed of fout hierin. Veel ouders vinden het dan wel weer fijn als hun kind zindelijk is als hij naar school gaat.

Tekens

Als ouders ben je je constant bewust van de gedragingen van je kind. Ook als het gaat om poepen en plassen. Het kan zijn dat wanneer je kind moet poepen, hij zich terugtrekt op een rustig plekje. Dit betekent dat het kind doorheeft dat hij moet poepen. Het kan ook zijn dat je kind aangeeft dat hij last van zijn buik heeft als hij moet poepen. Als hij dit aan jou duidelijk maakt, betekent dat ook dat hij zich van zijn stoelgang bewust is. Als je kind al iets ouder is, kan het ook zijn dat hij een volle luier zelf al afdoet, omdat het niet lekker zit. Dit zijn allemaal tekenen dat je kind misschien eraan toe is om zindelijk te worden. En om het helemaal zeker te weten, kan je het altijd vragen. Je kind heeft vast jou of je partner wel vaker op het toilet zien zitten en wil dat misschien ook zelf proberen.

Aanmoedigen

Als jij denkt dat je kind eraan toe is om zindelijk te worden, is het belangrijk om hem aan te moedigen. Begin bijvoorbeeld met een potje en zet dat bij jullie wc. Kinderen doen namelijk graag hun ouders na. Wat ook een goed idee is, is om van het oefenen op het potje een leuke activiteit te maken, door bijvoorbeeld voor te lezen. Nog een goede tip is om op het potje te oefenen op momenten dat de kans groter is dat je kind ook echt moet poepen of plassen. Bijvoorbeeld na het eten of na het slapen. En als het goed gaat, beloon je kind dan ook. Pak het op een positieve manier aan, dat werkt het best.

Bron: Famme