‘Mijn schoonmoeder vindt het verdrietig dat we haar niet hebben vernoemd, wat moet ik nu?’

10.04.2025 19:33
schoonmoeder vernoemd

‘Mijn schoonmoeder heeft recht op haar gevoel – en ik heb recht op mijn keuzes. Wij wilden onze dochter een hippe en moderne naam geven, en niemand vernoemen. Dus ook mijn schoonmoeder niet. En zij is daar nu heel verdrietig om, zegt ze.

Of nou ja, ze heeft het een keertje tussendoor zo gezegd. ‘Wel jammer dat ze niet als tweede naam Edith heeft, net zoals ik.

We proberen haar wel gerust te stellen, en dat gaat op zich goed. We zeggen dan gewoon eerlijk dat we niemand wilden vernoemen en dat we voor een trendy naam wilden kiezen. Daarom heet ons meisje ook Néla. Iets wat weinig voorkomt en waar Edith ook als tweede naam gewoon niet bij past.

We zeggen lieve dingen, toen we merkten dat ze er toch wel mee zat. Misschien is vernoemen ook meer iets van haar generatie? Dat dat belangrijk is? “We hopen dat jij voor ons kind een speciale oma kunt zijn. Iemand over wie ze later zegt: ‘Oma heeft me leren bakken’, of ‘Oma’s knuffels waren de beste’. Dat is veel waardevoller dan welke naam dan ook.”

Ik heb er geen moment aan gedacht dat dit haar zou raken op deze manier. Maar toen ze het uitsprak, begreep ik het wel. Voor haar is een naam meer dan een naam. Het is een teken van verbondenheid, van waardering misschien. En nu voelde het alsof ze dat niet kreeg. Terwijl dat echt niet zo is.

Mijn schoonmoeder baalt dat we haar niet hebben vernoemd

Het is lastig, want ik wil haar gevoel serieus nemen, maar ik wil me ook niet schuldig voelen over onze keuze. Wij willen een coole naam die altijd met haar meegaat. En nee, we hebben geen tweede naam gekozen. Dat vind ik niet nodig. Ze heet gewoon Néla, altijd en overal.

In een rustig moment heb ik haar gezegd dat we haar verdriet begrijpen. En dat we haar echt waarderen. Maar dat we ook heel bewust onze eigen weg wilden gaan met deze naam. Dat het voor ons belangrijk was om iets te kiezen wat bij dit kindje past, bij ons leven nu.

Ze keek me aan en knikte. Ik denk dat ze het ergens wel begreep, maar het doet vast nog steeds pijn. Want hoe goed ik het ook uitleg, het voelt nog steeds een beetje ongemakkelijk. Alsof ik haar tekort heb gedaan zonder het te willen. Maar ik probeer mezelf eraan te herinneren: je kunt niet iedereen gelukkig maken. Niet als het gaat om zulke persoonlijke keuzes.’