‘Ik neem mijn baby gewoon mee naar mijn werk na mijn verlof, want ik heb nog geen kinderopvang’

12.02.2025 09:22
baby werk

Soms kan het gewoon niet anders: je baby meenemen. En dus ook naar je werk. Want als je werk belangrijk is en je afspraken gaan na je verlof weer door, dan heb je soms geen andere keuze.

Toen mijn zwangerschapsverlof ten einde liep, stond ik voor een probleem waar veel ouders mee te maken krijgen: geen kinderopvangplek. Ik had me al vroeg ingeschreven, maar de wachtlijsten zijn eindeloos. Mijn verlof kon ik niet verlengen en stoppen met werken was geen optie. Dus nam ik een beslissing die voor veel mensen misschien onconventioneel klinkt—ik neem mijn baby gewoon mee naar mijn werk.

“Dat kan toch niet?”

Toen ik dit voor het eerst uitsprak, kreeg ik meteen reacties als: “Dat kan toch niet?” of “Hoe ga je dat doen?” Maar waarom eigenlijk niet? Mijn werk is niet fysiek zwaar, ik heb een eigen bureau en mijn collega’s zijn gelukkig begripvol. Bovendien is mijn baby nog klein—ze slaapt veel en heeft op dit moment niet meer nodig dan melk, schone luiers en af en toe een knuffel. En ik voed haar in aparte ruimtes en doe alleen de hoognodige afspraken.

Ik heb met mijn werkgever overlegd en gelukkig was er ruimte om flexibel te werken. Ik werk grotendeels achter een laptop, neem af en toe een call en kan mijn taken redelijk zelfstandig uitvoeren. Zolang ik geen overvolle agenda heb en mijn werk afkrijg, vond mijn baas het prima om dit tijdelijk zo te doen.

Werken met een baby erbij betekent constant schakelen. Terwijl ik een mail beantwoord, wieg ik met één hand de kinderwagen. Tijdens een videocall zet ik snel de speen terug. En ja, er zijn momenten geweest waarop ik met een baby op schoot een rapport probeerde af te ronden. Het is een noodoplossing, ik snap het. Maar het is soms niet anders voor vrouwen met een carrière.

Gelukkig begrijpen de meeste collega’s het en vinden ze het zelfs schattig. Er is nog niemand geweest die klaagde over een zacht babyhuiltje op de achtergrond van een Teams-meeting. Maar ik weet ook dat dit geen langetermijnoplossing is.’