Helft van ouders wil kind dat naar de basisschool gaat niet laten testen op corona

28.03.2021 11:38

Alle GGD’s in Nederland stoppen met de diepe neustest bij kinderen in de leeftijd tot twaalf jaar. Vanaf 4 april krijgen alle kinderen tot twaalf jaar alleen nog maar een ondiepe neustest aangeboden, in combinatie met de keeltest.

Ofwel: dat wattenstaafje hoeft niet meer zo diep in een neusgat van een jong kind. Kinderartsen hebben gezegd dat dit beter is voor jongere kinderen. Toch willen veel ouders met kinderen op de basisschool hun kind niet laten testen op corona.

Weg met dat gepor

Voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) Károly Illy zei eerder dat alle GGD’s kortere teststaafjes zouden moeten gebruiken om kinderen tot en met de basisschoolleeftijd zo zachtzinnig mogelijk te controleren op het coronavirus. In de ziekenhuizen is het kortere staafje al volop in gebruik. Het gebruik van de ‘kinderstaafjes’ biedt voldoende zekerheden over een eventuele besmetting, aldus Illy. Hij vergeleek het gevoel dat een kort staafje oplevert met dat van neuspeuteren.

Richtlijnen RIVM

Het RIVM meldt over kinderen en corona het volgende:

‘Kinderen die naar de basisschool gaan moeten thuisblijven en zich laten testen bij klachten. Dus zowel met milde klachten (loopneus, verkoudheid, niezen en keelpijn) als met zware klachten (veel hoesten, koorts of benauwdheid). Kinderen die af en toe hoesten, en kinderen die astma, hooikoorts of chronische luchtwegklachten hebben, hoeven niet getest te worden als ze geen andere klachten hebben. Huisgenoten blijven ook thuis als het kind naast milde klachten last heeft van koorts of benauwdheid.

Laat u uw kind niet testen? Dan mag het pas weer naar de kinderopvang of school als het 24 uur volledig klachtenvrij is. Huisgenoten mogen dan ook uit quarantaine. Blijven de milde klachten aanhouden? Dan mag uw kind na 7 dagen thuisblijven ook weer naar school of opvang.’

Lees ook
Draagmoeder zorgt al jaar voor baby omdat stel haar vanwege corona niet kan ophalen

Bron: Rijksoverheid